Wat is hartfalen?
Hartfalen is een aandoening, waarbij de pompfunctie van het hart langzaam afneemt.
Bij elke hartslag zijn er 2 fases:
A. de hartspier trekt krachtig samen. Zo pompt de hartspier het bloed uit de kamers van het hart (systole)
B. de hartspier ontspant zich. De hartkamers vullen zich weer met bloed (diastole)
Bij hartfalen trekt het hart niet goed samen of ontspant het niet goed.
In beide gevallen pompt het minder bloed rond. Daar merk je als hartfalenpatiënt in het begin weinig van. Tot er ongemakken ontstaan. De meest voorkomende zijn sneller vermoeid raken, vocht vasthouden en kortademigheid bij dagelijkse activiteiten zoals traplopen, de hond uitlaten of boodschappen doen.
Er zijn 4 klassen hartfalen. De cardioloog kan beoordelen hoe ernstig uw hartfalen is.
Ongemakken
Wanneer u hartfalen heeft is het soms moeilijk in te schatten welke ongemakken door uw hartfalen veroorzaakt worden, ze komen geleidelijk en kunnen lijken op ouderdomskwaaltjes, zoals:
sneller vermoeid zijn en snel buiten adem raken. Het is echter niet altijd logisch om met ongemakken van hartfalen te moeten leven. Geef inzicht in uw ongemakken door deze te bespreken met uw cardioloog zodat uw cardioloog mogelijk uw ongemakken kan verminderen.
Niet alle ongemakken hoeven gelijktijdig aanwezig te zijn.
Ongemakken-Monitor
Veel mensen met hartfalen vinden het lastig om hun ongemakken te uiten. Logisch. Ze willen niet klagen of de cardioloog er niet mee ‘lastigvallen’. Daarom is de Ongemakken Monitor gemaakt. Deze vult u thuis in en overhandigt u aan het begin van het gesprek aan de cardioloog. Zo geeft u inzicht in uw ongemakken en kan de cardioloog u goed adviseren. U kunt het formulier meteen invullen en op ‘Print uw antwoorden’ onderaan dit formulier klikken.
Goed om te weten: de gegevens die u invult, worden niet opgeslagen.
Door mijn hartprobleem...
...doe ik alles langzamer dan ik zou willen.
...heb ik weinig energie.
...is het moeilijk om spontaan iets te doen.
De afgelopen twee weken…
...was ik bang dat er iets met mijn hart zou gebeuren.
...sliep ik slecht door mijn hartprobleem.
...voelde ik mij veilig door de zorg van het ziekenhuis.
...had ik het gevoel dat elke dag de laatste kon zijn.
Door mijn hartprobleem had ik de afgelopen twee weken…
...moeite met lopen.
...moeite met fietsen.
...moeite met mijn taken in het huis.
...moeite om te genieten van mijn gezin.
...moeite om met familie of vrienden om te gaan.
...moeite om te genieten van het leven.
Door mijn hartprobleem voelde ik mij de afgelopen twee weken…
...somber.
...tot weinig in staat.
...prikkelbaar.
...angstig.
Ten slotte…
Mijn zorgverleners houden mij goed in de gaten.
...Ik vertrouw er op dat medische hulp op tijd komt als er wat met mijn hart gebeurt.
Ik vertrouw op de zorg die ik krijg.
Maak kennis met mensen zoals u en kijk op:
